Installatie
Plaats van opstelling
¥ Plaats het apparaat uit de buurt van warmtebronnen: centrale verwarming, kachels, felle zonnestralen enz. ¥ Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig zijn als aangegeven in de afbeelding.
Elektrische aansluiting
Overtuig u ervan dat de netspanning en de netfrequentie, die op het typeplaatje in de kast staan aangegeven, overeenkomen met de netspanning en de netfrequentie in uw woning. Een afwijking op de netspanning tot plus of minus 6% is toegestaan. Bij aansluiting op een andere spanning dient u een geschikte transformator te gebruiken. De stekker mag alleen geplaatst worden in een geaard stopcontact. De kast is daarom voorzien van een speciaal drieaderig snoer, geschikt voor een geaard stopcontact. Mocht het stopcontact in uw woning niet geaard zijn, dan dient een erkend installateur het apparaat volgens de geldende normen te aarden. Wij wijzen u er op dat schade of letsel, veroorzaakt door het niet voldoen aan dit veiligheidsvoorschrift, niet onder de verantwoordelijkheid van de fabrikant valt. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen: - 73/23 EG-richtlijn van 19/02/73 (Laagspanning) en opeenvolgende wijzigingen; - 87/308 EG-richtlijn van 2.6.87 met betrekking tot de radio-ontstoring; - 89/336 EG-richtlijn van 03/05/89 (Elektromagnetische compatibiliteit) en opeenvolgende wijzigingen. Attentie Het apparaat moet van de stroomvoorziening afgesloten kunnen worden; de stekker moet dus ook na de installatie bereikbaar blijven.
Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen tijdens gebruik niet worden afgedekt. ¥ Waterpas opstellen De kast is aan de achterkant van twee rollers en aan de voorkant van twee stelvoetjes voorzien. De rollers vergemakkelijken het verplaatsen. Door het verdraaien (zie afbeelding) van de stelvoetjes stelt u de kast, van voor naar achter gezien, waterpas. Zou de vloer van links naar rechts gezien scheef zijn, dan moet u de vloer, op het laagste punt, aan de achterkant ergens mee ophogen.
De klimaatklasses staan op het typeplaatje dat zich links aan de binnenkant van het apparaat bevindt. De volgende tabel geeft aan welke omgevingstemperatuur bij welke klimaatklasse behoort:
Klimaatklasse voor een omgevingstemperatuur van
SN N ST T
+10 tot +32¡C +16 tot +32¡C +18 tot +38¡C +18 tot +43¡C 9