Inhoud
1. Aanwijzingen voor de gebruiker ... blz. 2. Onderhoud ...................................... blz. 3. Technische kenmerken ................. blz.. 4. Waarschuwingen voor de installateur 4 5 6 6 5. Aanwijzingen voor de installateur blz. 6. Inbouw............................................. blz. Garantiebepalingen ........................ blz. 7 8 10
1. Aanwijzingen voor de gebruiker
BEDIENINGSKNOPPEN De bedieningsknoppen van de branders hebben drie standen: l gesloten - uit maximale gastoever minimale gastoever HET AANSTEKEN VAN DE BRANDERS � Ontsteek altijd de brander voordat U er een pan opzet. Wees voorzichting met het bakken wanneer u olie of andere vetstoffen gebruikt (zoals bij het frituren). Olie en vet ontbranden gemakkelijk bij oververhitting.
Integrale ontsteking Door de knop van de te gebruiken brander geheel in te drukken en op de hoogste stand te draaien, zal de betreffende brander aangaan. Maar houdt vervolgens de knop nog 5 seconden geheel ingedrukt. Dat is nodig om de vlambeveiliging (Fig. 1 - C) in te schakelen. De vlam beveiliging voorkomt, dat het gas blijft doorstromen, als de vlam uitwaait of uitgaat door een storing in het gasnet. Zet vervolgens de knop in de gewenste stand. Bij de grote brander kunt u eventueel ook doordraaien naar de kleine stand. De vonkontsteking zal ook als de brander aan is nog een paar maal navonken. Dat is normal. Mocht na verschillende pogingen de brander niet aan gaan, controleer dan of de branderdeksel (Fig. 1 - A) goed op hun plaats liggen. Om de brander uit te zetten draait u de knop naar rechts op de UIT "l" stand. � Zet altijd eerst de brander op de uitstand voordat u de pan van het gas neemt. OPTIMAAL RENDEMENT Voor en optimaal rendement moet de diameter van de pan aangepast zijn aan de brander, zodat de vlammen niet langs de zijkant uitslaan. Wij adviseren ook om de vlam lager te zetten zodra het kookpunt bereikt is.
Fig. 1
FO 2295
A - Branderdeksel B - Vonkontsteking C - Vlambeveiliging Tabel van de minimale en maximale diameters van de pannen Brander Grote Middelgrote Kleine minimale diameter 160 mm. 120 mm. 80 mm. maximale diameter 260 mm. 220 mm. 160 mm.
� Gebruik alleen potten en pannen met een vlakke
bodem.