Speciaal voor de installateur
Het inbouwen en installeren dient volgens de landelijke normen en plaatselijke voorschriften te geschieden. Iedere tussenkomst na de aansluiting dient gedaan te worden met afgekoppelde of uitgeschakelde stroomtoevoer. De installatie en de elektrische aansluiting van het apparaat moeten door een erkend vakman gebeuren.
Elektrische aansluiting
De verbinding met het lichtnet kan zowel door «kabel met meerpolige genormaliseerde steker» als door «vaste aansluiting» gemaakt worden. In het laatste geval moet de vaste aansluiting onderbroken kunnen worden door een meerpolige schakelaar waarvan de kontaktafstanden tenminste 3 mm bedragen en de aardverbinding niet wordt medeonderbroken. Het toestel moet, overeenkomstig de plaatselijke voorschriften, deugdelijk geaard worden. De fabrikant wijst elke verantwoordelijkheid ten aanzien van schade of letsel af, indien deze veiligheidsmaatregel niet werd getroffen. Ter hoogte van het klemmenbordje van de oven moet in de achterwand van de keukenunit een gat van cirka 30 mm � gemaakt worden. Door dit gat wordt de aansluitkabel naar buiten de unit geleid. Trek de kabel zoveel mogelijk buiten de unit, op het moment dat de oven in de nis geplaatst wordt. In feite moet de kabel zodanig opgehangen of gelegd zijn dat hij nergens heter kan worden dan 50K (50°C) boven de kamertemperatuur. Als toevoerleidingen zijn de volgende soorten geschikt, lettende op de benodigde respectievelijke doorsnede van de leiding. H07 RN-F H05 RN-F H05 RR-F H05 VV-F